Mijn kind doet andere kinderen pijn

06/10/2016

Hoor jij regelmatig dat jouw kind andere kinderen slaat, krabt, bijt, duwt? En wil je graag dat je kind leert om op een positieve manier met andere kinderen om te gaan? Lees waar het vandaan komt als je kind een ander kind pijn doet en hoe je hem kunt leren om het anders te doen.

Bij peuters en kleuters komt het regelmatig voor dat ze andere kinderen pijn doen. Het is voor hen nog moeilijk om zich in woorden te uiten en hun inlevingsvermogen is beperkt.
Ook als je kind ouder is, kan het moeite hebben om een situatie handig op te lossen zonder de ander te slaan, krabben of duwen.

Waarom doet mijn kind andere kinderen pijn?

Wat kan de reden zijn dat je kind andere kinderen pijn doet? Bekijk hier de oorzaken:

  • Je kind vindt het moeilijk om rustig voor zichzelf op te komen. Eigenlijk is je kind té weerbaar, hij bijt meteen van zich af als er iets gebeurt wat hij niet leuk vindt. Je kind kan leren om het te zeggen als hij iets niet leuk vindt of om naar de juf te gaan.
  • Je kind wil spelen met andere kinderen, maar weet niet hoe. Hij kan een ander kind expres knijpen of duwen als manier om contact te maken. Je kind kan dan leren om te vragen ‘Wil je met mij spelen?’.
  • Je kind heeft zijn emoties niet onder controle. Hij reageert vanuit boosheid, verdriet, machteloosheid. Op zo’n moment lukt het niet om eerst na te denken. Je kind kan leren om het te voelen als hij boos is en iets te doen om zijn boosheid te laten zakken.
  • Je kind voelt zich niet gezien door anderen. Hij wil aandacht en gaat daarom andere kinderen pijn doen. Je kind kan leren om op een positieve manier aandacht te vragen, bijvoorbeeld of de juf even komt kijken naar wat hij heeft gemaakt.
  • Je kind reageert zich af op anderen omdat hij niet lekker in zijn vel zit. Doordat hij op zijn tenen loopt op school, thuis spanningen ervaart, zichzelf overschreeuwt vanuit onzekerheid. Je kind kan leren om zijn emoties te uiten in de situatie waar hij ze voelt.

Hoe je kind zich voelt als het een ander pijn heeft gedaan

Als je kind regelmatig akkefietjes heeft, zal het weten dat het zich niet altijd gedraagt zoals anderen graag zien. En zoals hij zelf wil. Want je kind wil niet vervelend doen, maar lief. Vaak hebben kinderen er zelf ook last van als ze iemand pijn hebben gedaan en voelen ze zich er naderhand rot over. Als het vaak gebeurt, kan je kind zich onzeker en minderwaardig voelen. Helemaal als andere kinderen niet meer met hem willen spelen. Soms wil je kind er zelfs niet meer over praten, omdat hij het niet accepteert van zichzelf dat hij anderen pijn doet.

Tips voor als je kind andere kinderen pijn doet

Hieronder vind je een aantal tips waarmee jij je kind kunt helpen om op een positieve manier met andere kinderen om te gaan:

  • Bedenk eerst waar het gedrag van je kind vandaan zou kunnen komen. Eventueel kun je hier ook met je kind over praten: ‘Hoe denk jij dat het komt dat je iemand gaat slaan?’ en ‘Wat gebeurt er precies waardoor je gaat slaan?’.
  • Zie zijn gedrag als een vaardigheid die hij nog heeft te leren. Iets afleren is veel moeilijker dan iets nieuws leren. Vertel aan je kind dat je hem gaat helpen om te leren anders te reageren als hij boos is, ook iets wil, niet mag meedoen, etc.
  • Koppel zijn gedrag los van wie hij is. Je kind kan het gevoel krijgen dat hij altijd anderen pijn doet, dat hij nou eenmaal zo is. Om het anders te doen, kan het hem helpen om te horen dat het een stukje is van hem, net als [noem een positieve kant van hem, bijvoorbeeld dat hij behulpzaam is] en dat je er iets aan kunt doen.
  • Maak samen met je kind een lijstje met welk gedrag jullie niet meer willen en wat daarvoor in de plaats komt. Zet twee kolommen op papier en schrijf met rood wat je kind niet meer wil en met groen wat daarvoor in de plaats komt. Leg uit dat het niet gaat om goed en fout, maar om wat wel helpt en wat niet. Laat je kind het zelf bedenken. Maak het concreet, een term als ‘lief zijn’ is te onduidelijk en niet praktisch genoeg. Als je kind hiervoor te jong is, leg je uit welk gedrag je niet en wel verwacht. Vertel bijvoorbeeld dat je niet wilt dat je kind slaat en wel wilt dat hij naar de juf gaat als er iets gebeurt waar hij boos van wordt.
  • Laat je kind alternatieven bedenken voor het pijn doen. Vraag: ‘Wat kun je doen in plaats van slaan als je je zo boos voelt worden? of ‘Hoe kun je nog meer de aandacht van iemand vragen als je met hem wilt spelen?’. Schrijf alles op en laat je kind kiezen wat voor hem het makkelijkst is om toe te passen. Oefen dit samen.
  • Betrek de leerkracht erbij, zodat deze je kind op school kan helpen om het anders te doen. Laat je kind vertellen (of vertel het zelf waar je kind bij is als je kind dit moeilijk vindt) wat jullie hebben bedacht dat hij gaat oefenen in plaats van slaan, knijpen, etc.
  • Geef extra aandacht aan de positieve momenten. Waarschijnlijk gaat er best wat aandacht naar de momenten dat je kind een ander kind pijn deed. Je kind kan dan negatief beeld van zichzelf ontwikkelen. Benoem daarom concreet positief gedrag, zodat je kind ook een ander beeld van zichzelf heeft.

Lees meer
Training voor jouw kind?

Wil jij graag dat je kind op een positieve manier met andere kinderen leert omgaan? Dan kan een sova-traning kind 4-7 jaar of sova-training kind 8-12 jaar iets zijn voor jouw kind.

3 Redenen waarom een strafplek niet werktMijn kind stoort de klas