Vindt jouw kind het leuk om speelafspraakjes te hebben, maar gaat het niet zo makkelijk bij andere kinderen spelen? Wil het altijd thuis spelen en durft het niet naar anderen te gaan? Lees hier hoe je jouw kind kunt helpen om bij een vriendje te spelen.
Speelafspraakjes bij kinderen
Vaak ontstaan de eerste echte speelafspraakjes vanaf het moment dat je kind naar de basisschool gaat. Per kind is het verschillend hoeveel behoefte het heeft aan speelafspraakjes. Het ene kind wil het liefst iedere dag met iemand spelen na schooltijd, terwijl het andere kind misschien maar één keer per week met iemand afspreekt. Kleuters kunnen best moe zijn van school en het fijner vinden om thuis alleen te spelen.
Redenen dat je kind niet ergens anders wil spelen
Weet jij wat de reden is dat je kind niet graag bij een ander kind speelt? Misschien is het één van deze redenen:
- Je kind is verlegen en durft nog niet zo goed zonder jou dingen te ondernemen.
- Je kind vindt het moeilijk om afscheid van jou te nemen. Als het eenmaal aan het spelen is, gaat het goed.
- Je kind is onzeker in nieuwe situaties.
- Je kind is bang dat er huisdieren zijn bij zijn vriendje.
- Je kind is bang voor de vader of moeder van het vriendje of oudere broers en zussen.
- Je kind wil graag met zijn eigen speelgoed spelen.
Geef het de tijd
Sommige kinderen gaan uit zichzelf bij andere kinderen spelen en hebben hier geen moeite mee. Als jouw kind dit niet zo makkelijk doet, hoef je je niet meteen zorgen te maken. Bij kleuters komt het veel voor dat ze liever thuis spelen dan bij een vriendje. Ze zijn jong en hebben nog niet zoveel ervaringen opgedaan dat het spelen bij een ander kind ook leuk kan zijn. Dwing je kind niet om bij andere kinderen te gaan spelen en geef het de tijd.
Tips waarmee jouw kind makkelijker ergens anders speelt
Natuurlijk kun je het spelen bij een vriendje thuis wel stimuleren. Wil je jouw kind hiermee helpen? Lees dan deze tips hoe je dit kunt aanpakken:
- Vertel je kind dat het al veel geleerd heeft (geef voorbeelden van dingen die voor hem lastig waren en hij nu kan) en dat je hem wilt helpen om nu te leren om bij zijn vriend thuis te kunnen spelen.
- Vraag je kind hoe hij het zou vinden als hij dit zou kunnen en laat het bedenken waarom dit handig zou kunnen zijn. Bijvoorbeeld omdat je vriendje sneller bij jou komt spelen als jij ook een keer bij hem speelt of omdat je vriendje misschien thuis heel leuk speelgoed heeft.
- Praat samen over wie de vrienden zijn van je kind. Laat je kind een vriendje kiezen waar hij als eerste wil proberen om te gaan spelen.
- Laat je kind voordoen hoe het zou gaan als hij bij zijn vriendje thuis zou spelen. Gaat hij dan meteen mee uit school, hoe lang wil hij daar spelen, op welk moment, zonder mama of dat mama even mee gaat? Wat zou helpen waardoor hij zich op zijn gemak voelt? Bijvoorbeeld iets vertrouwds meenemen van thuis, naar huis mogen bellen als het niet meer gaat, etc.
- Maak het concreet. Spreek af wat je kind gaat oefenen, bijvoorbeeld een aantal weken achter elkaar één keer per week bij een vriendje spelen of eerst een halfuurtje spelen. Wanneer wil je kind het gaan proberen? Help je kind om zijn speelafspraak te organiseren.
- Kijk samen hoe jullie het vieren als het je kind is gelukt.
- Vertel aan de ouder waar je kind speelt dat het voor jouw kind best spannend is om ergens anders te spelen en bespreek met je kind erbij hoe deze ouder jouw kind hierbij kan helpen.
- Eventueel kun je eerst meegaan met spelen en er even bij blijven. Of je kind eerst een korte periode laten spelen van een halfuurtje en dit steeds verder uitbreiden.
Om het zelfvertrouwen van je kind te vergroten, helpt het om je kind ruimte te geven om zelf tot oplossingen te komen. Lees hier meer.
Lees meer
Training zelfvertrouwen en sociale vaardigheden
Kan jouw kind wel wat meer zelfvertrouwen gebruiken in sociale situaties? Laat je kind een groepstraining 4-7 jaar doen.
