Bang zijn in het donker is een veel voorkomende angst bij kinderen in de basisschoolleeftijd. Heeft jouw kind hier ook last van en durft het daarom niet alleen te gaan slapen? Help je kind om meer moed te krijgen voor het donker met deze tips!
Waar komt de angst voor het donker vandaan?
Monsters, spoken, geesten, inbrekers.. Zomaar wat dingen waar je kind ineens bang voor kan zijn als het donker is. Jonge kinderen tot zeven jaar hebben veel fantasie en kunnen nog niet altijd zien wat echt is en wat zelfbedacht. Zo kunnen ze bang worden van hun eigen fantasieën, zoals zelf verzonnen monsters. Op deze leeftijd snapt je kind nog niet alles, soms begrijpt het dingen verkeerd en dat kan zorgen voor angst.
Een natuurlijke angstreactie
Bang zijn in het donker is een normale angst die voortkomt uit ons overlevingsmechanisme, wat ons wil behoeden voor gevaar. In het donker ben je kwetsbaarder voor gevaar, omdat je niet goed kunt waarnemen wat er gebeurt. Dat kan kinderen angstig maken, ze zien niet wat er gebeurt in het donker. Een vreemd geluid of enge schaduw kan zomaar zorgen voor paniek. Gelukkig leren kinderen als ze ouder worden dat er in hun kamer niets verandert als het licht uitgaat en worden ze steeds vertrouwder met het donker.
Meer moed krijgen in plaats van minder bang zijn
Dat je kind bang is in het donker, kun je zien als een vaardigheid die het nog heeft te leren. De vaardigheid kan zijn: ik durf in mijn eentje in mijn eigen bed te slapen als het donker is. Je kind hoeft niet te leren om minder bang te worden (want dat is moeilijk), maar om dapperder en stoerder te worden: meer moed te krijgen.
Tips waarmee jouw kind moediger wordt in het donker
Zo help je jouw kind om dapperder te worden als het donker is:
- Praat met je kind over zijn angst voor het donker. Vertel dat jij je kind gaat helpen om meer moed te krijgen om in het donker te durven zijn.
- Vraag waar je kind precies bang voor is in het donker. Wat kan er gebeuren, zijn het monsters, hoe zien ze eruit, wat doen ze? Door te praten en er vragen over te stellen, kan het concreter worden en daarmee minder eng.
- Ga mee in de fantasie van je kind. In zijn beleving bestaan monsters echt en als je zegt dat ze niet bestaan, heeft dit meestal weinig effect. Laat je kind een bord knutselen met ‘verboden voor monsters’, stuur de monsters ’s avonds weg met een zelfbedachte toverspreuk, leg speelgoed neer waarmee de monsters mogen spelen.
- Vraag je kind wat het kan doen om zich dapperder te voelen in het donker. Je kunt denken aan: rustig in- en uit ademen, een poster van een superheld ophangen, hardop een liedje zingen, slapen met een stoere knuffel die je beschermt.
- Oefen met je kind om in het donker te zijn. Doe dit ook eerst overdag en begin met een korte tijdsduur wat je opbouwt. Doe samen wat je kind heeft bedacht om zich dapperder te voelen en laat dit je kind steeds langer alleen doen, zodat het dit ook ’s avonds durft.
- Laat je kind overdag het verschil ervaren tussen donker en licht. Bekijk de kamer eerst als het licht is en laat je kind daarna de kamer donker maken en het licht uitdoen. Doe daarna het licht weer aan en vraag je kind of er iets veranderd is in zijn kamer.
- Help je kind ontspannen te gaan slapen. Als je kind een vol hoofd heeft van de dag, een verhaal heeft gehoord over sprookjesfiguren wat een eigen leven is gaan leiden of stress heeft gehad, is het moeilijk om ontspannen te gaan slapen. Gebruik je fantasie en ga samen naar een fijne plek in je herinnering. De boeken Slaapklets en De Wensster kunnen je kind ook helpen om ontspannen te gaan slapen.
Lees meer
